vrijdag 7 maart 2008

jada

Hier wat filosofische, psychologiche, theologische hersenspinsels van mijn kant.

Er zijn van die momenten in mijn leven, dat ik ineens ervaar: nu heb ik een nieuwe stap gezet. Een belangrijke stap op een levenspad. De afgelopen weken ben ik door iets heen gegaan, wat door iemand als '2e bekering' werd aangeduid.
Geloven en vertrouwen, het één doe je vooral met je hoofd het ander vooral met je hart, schijnt slechts uit 1 woord voort te komen. Wij mensen hebben er 2 woorden van gemaakt, gescheiden, net zo gescheiden als hoofd en hart.

Het hart, mijn hart is een mooi iets. Maar ook wel kwetsbaar, vertrouwen is een hele stap. In juni 2007 kreeg ik een profetie waarin BG zei: "sometimes you don't trust God, but He will clear it up". God houdt woord en gaat aan de slag.

Vandaag was ik bezig met het voorbereiden van mijn bijbelstudie over identiteit en 'wie ben ik', n.a.v. Genesis 1:26-28 en Genesis 3:1-9. Ik kwam tot de ontdekking, via Johannes 17:3 "Het eeuwige leven is dat zij u kennen, de enige ware God, en Hem die u gezonden hebt, Jezus Christus", dat het woordje voor kennen in het Hebreeuws jada is. Jada betekent zoveel als: in persoonlijke ontmoeting, intimiteit, van aangezicht tot aangezicht.
Als in Genesis 4 Adam en Eva gemeenschap hebben met elkaar, wordt daarvoor ook het woordje jada gebruikt. Jada drukt dus een hele intieme, misschien wel de meeste intieme vorm van kennen uit die er is.
Uiteindelijk is dat dus waarom God ons mensen gemaakt heeft, opdat wij Hem kennen, opdat we met God in de meest intieme relatie zullen leven die er bestaat.

Wat zegt dat over identiteit en wie ik ben. Wat zegt jada over vertrouwen en mijn hart en liefde en angst.

In Genesis 3 gaat de mens de mist in en verbreekt het jada, het uiteindelijk doel en de zingeving van dit leven. De eerste reactie van de mens is zich verbergen voor God uit schaamte en angst. God niet kennen betekent je verstoppen, je verschuilen en proberen jada op een andere manier te verkrijgen.
De weg terug is -in ieder geval voor mij- dat onder ogen zien, uit mijn schuilplaats tevoorschijn komen (omdat het naast een schuilplaats ook een doodlopende weg is), een moedige stap nemen in vertrouwen richting God. Mijn eigen tekortkomingen onder ogen zien en God horen zeggen: ...en toch houd Ik van je...
Tenslotte is Gods reactie op het zich verstoppen van de mens, de vraag: waar ben je? Het is Gods roep: waar ben je, Ik mis je, Ik heb je gemaakt zodat je me zult kennen, jada...

Vertrouwen en liefde heeft ook altijd met de ander te maken en met zijn intenties en wat de ander wil geven. Het heeft ook te maken met mij en wat ik wil en kan ontvangen. Maar als het God is die zegt dat Hij mij gemaakt heeft om mij dicht bij Hem te hebben, dan is dat één bonk liefde. Vertrouwen is mijn hart dat die liefde binnenlaat, daar waar ook de schaamte zit.

Waar ben je? Hier ben ik!

Geen opmerkingen: